Zij blijft lekker bij ons: ons eigen Bijoutje!
Sinds een week hebben we een pup. Althans, zo voelt het. Eigenlijk hebben we haar al 9,5 week, vanaf haar geboorte hier in huis. Maar pas sinds vorig weekend, toen de laatste broertjes waren opgehaald door hun nieuwe eigenaren, en alleen Bijoutje hier bleef, had ik het gevoel dat we ook een pup hadden ‘gekregen’. Ineens zitten er geen vijf pups meer veilig achter een puppyren, maar dartelt er constant een in de kamer in het rond. En hebben we dus ogen van voren en van achteren nodig. Ineens zijn we bezig met zindelijkheidstraining. Slaap ik weer in de woonkamer om maar geen kik te missen van een wakker wordend pupje en loop ik midden in de nacht met een warm bundeltje hond in mijn armen de kou in, in de hoop dat ze daar gaat plassen. Hoewel ik blij zal zijn als ik na maanden eindelijk weer eens een hele nacht kan doorslapen, vind ik dit toch een heerlijke periode. Het is vreemd hoe je na 6,5 jaar vergeten kunt zijn hoe leuk het is een pupje te hebben. Zo’n pluizenbolletje dat nog zo lekker zacht aanvoelt, dat zo vertederend knuffelig bij je komt liggen en nog zo vol vertrouwen is. Dat elke keer dat je de trap afkomt, haar hele lijfje heen en weer swingt van enthousiasme. Tegelijkertijd verbaas ik me er constant over hoe slim die kleintjes al zijn. Toen ze vijf weken oud waren, hadden Yolines pups al heel snel door dat ze alleen iets lekkers kregen als ze netjes op de grond zaten en dat het niet hielp tegen de puppyren aan te springen of elkaar omver te duwen. Nu Bijou in haar eentje is, valt het helemaal op hoe snel ze iets begrijpt. Als het maar iets oplevert, dan legt ze zeer vlug de goede link. Wachten bij de deur, zitten zodra ze de drempel over is om haar riempje eraf te kunnen halen, los laten van het speeltje waar ze juist met zoveel overgave aan het sjorren is.
Ik ben benieuwd hoe ze het op puppyles gaat doen. Donderdag gaan we voor het eerst. Maar voorlopig is het opletten, opletten, opletten. Het lijkt al lang geleden dat we een pup in huis hadden. Dat Xanta en Yoline best brave, redelijk opgevoede honden zijn, is bijna vanzelfsprekend geworden. Maar met zo’n ukkepuppel is alles weer anders. Schoenen poetsen met een nieuwsgierig puppykopje in de nabijheid is geen gelukkige combinatie. Het gevolg: een zwart snuitje. De sloffen van de baas, de deurstopper … alle zaken die al jaren ergens op de grond staan, liggen nu door bijna onzichtbare krachten gedragen plotseling ergens anders. Laten slingeren van spullen wordt direct afgestraft. Tadadadadaa… kijk eens wat ik heb gevonden! Zo’n pupje is ook niet opgevoed. Hoera, denkt het kleine monster, dat is aardig van die mensen, springt met de pootjes omhoog tegen de lage tafel en grist snel en zonder gewetensbezwaren een opgerolde plak ham van de schaal. Net op tijd kunnen we de worst grijpen en het gemeen scherpe houten prikkertje dat erin zit. O ja, dat weet ze nog niet dat het niet mag.
De laatste weken zijn omgevlogen. Yolines kwintetje groeide als kool. Van model cavia werden het steeds meer echte hondjes. Het was opnieuw zó mooi ze te zien opgroeien. Het was ook zo’n leuk stel. Iedereen speelde met iedereen in wisselende samenstellingen. Vol overgave stortten de vijf zich op het spel. Jaaa, met z’n allen trekken aan hetzelfde speeltje, met z’n allen in de ballenbak, achter het dier aan de hengel aan, bovenop de enorme speelgoedtijger, of tikkertje om de benches.
Het was mooi te zien hoe verknocht zij aan elkaar waren.